Elke dag spelen er ruim een miljoen kinderen in Nederland buiten op het schoolplein. Sommige kinderen spelen zelf, andere kinderen hebben wat extra motivatie nodig om te bewegen. Daarom delen wij 29 buitenspellen voor basisschool en opvang, die jij als juf of meester kunt spelen met de klas. Want buitenspelen is leuk én goed voor de ontwikkeling! Lees je mee?
Spelletjes voor buiten zonder materiaal
1. Tikkertje
Niet voor niets een klassieker. Met dit spel zijn de kinderen veel in beweging, perfect voor de iets koudere dagen. En het leuke is dat tikkertje veel variaties heeft!
2. Tunnel-tikkertje
In plaats van dat je direct af bent, heb je een kans om vrij te komen! Ben je getikt? Ga dan met je benen wijd staan. Je mag weer meedoen als iemand door je benen kruipt.
3. Stopcontact-tikkertje
Deze variant lijkt op tunnel-tikkertje. In plaats van met je benen wijd, ga je met je handen in je zij staan. Zodra iemand zijn of haar armen door de jouwe heeft gestoken, ben je vrij.
4. WC-tikkertje
Wederom een variant op bovenstaande versies. Bij WC-tikkertje ga je op je hurken zitten met je arm omhoog. Kinderen die nog vrij zijn kunnen aan je arm trekken (oftewel de wc doorspoelen) en je zo bevrijden.
5. Slinger-tikkertje
Onze persoonlijke favoriet! Als je wordt getikt, pak je de hand van de tikker vast en ga je samen andere kinderen tikken. De slinger wordt steeds langer, totdat iedereen is getikt.
6. Wie tikt de meeste
Tikkertje met wedstrijd variant! Elke tikker heeft één minuut om zoveel mogelijk kinderen te tikken. De tikker met de meeste getikte kinderen, wint!
7. Tweeling-tikkertje
In deze variant zijn er twee tikkers. De tikkers houden elkaar hand vast en degene die iemand tikt, wisselt met de getikte speler. De tweeling verandert dus continu!
8. Schipper mag ik overvaren
Een overloopspel dat al jaren wordt gespeeld. Eén speler staat aan de overkant en is de schipper. De groep aan de andere kant vraagt: “Schipper mag ik overvaren? Ja of Nee?”.
Als de schipper ‘nee’ zegt, rennen de kinderen zo snel mogelijk naar de overkant, zonder dat de schipper hun mag raken. Tikt de schipper je af, dan moet jij in het midden van het veld staan en de schipper helpen aftikken.
Als de schipper ‘ja’ zegt, vragen de kinderen: “Hoe?”. De schipper mag vervolgens verzinnen hoe de kinderen naar de overkant moeten. Hinkelend, op één been, achteruit.. alles mag, maar de schipper moet zich óók zo verplaatsen.
De speler die als laatst overblijft, is de winnaar!
9. Verstoppertje
10. Annemaria koekoek
Eén speler staat aan de overkant van het schoolplein. Dit is de roeper. Hij draait zich met zijn gezicht weg van de groep en begint: “Annemaria….”. Tijdens dit woord rent de groep zo snel mogelijk richting de roeper. Maar let op! Zodra de roeper “Koekoek!” zegt en zich omdraait, moet je helemaal stilstaan. Ziet de roeper je bewegen? Dan moet je weer terug naar het begin. Het spel eindigt zodra iemand de overkant heeft gehaald.
11. Ik zie ik zie wat jij niet ziet
12. Alfabetspel
Met dit spel ontwikkelen kinderen hun creativiteit én leren ze veel van elkaar. Kies een categorie en laat iemand in zijn/haar hoofd het alfabet zeggen. Wanneer de ander stop zegt, zeg je de laatste letter hardop. De ander moet een woord verzinnen in die categorie. Je kunt dit spel ook in wedstrijdvorm spelen; degene met de meeste woorden wint.
Bijvoorbeeld:
Gekozen categorie: dieren
Letter: H
Mogelijke antwoorden: Hond, Haan, Haai..
13. Wie ben ik?
Neem een persoon of dier in je hoofd. De ander moet door middel van vragen raden wie je bent. Let op; je mag de vragen alleen met ‘ja’ of ‘nee’ beantwoorden.
14. 10 tellen in de rimboe
Waarschijnlijk kennen jullie deze. Eén kind is de zoeker en alle andere kinderen verstoppen zich. De zoeker doet zijn ogen dicht en begint met tellen: “10 tellen in de rimboe! 10-9-8…” Tijden deze secondes mag iedereen zich verstoppen. Bij 0, opent de zoeker zijn/haar ogen. Als hij niemand ziet, begint hij/zij opnieuw met tellen. Dit keer bij 9. “9 tellen in de rimboe! 9-8-7…”. Elke ronde hebben de kinderen minder tijd om zich te verstoppen. Het spel stopt, wanneer alle kinderen gevonden zijn door de zoeker.
Buitenspel ideeën met materiaal
15. Eitje leggen
Gooi een tegen een muur aan. Zodra de bal één keer stuitert, dien jij er met wijde benen overheen te springen. De volgende speler vangt de bal en doet precies hetzelfde vanaf de plek dat hij of zij de bal gevangen heeft. Je bent af als de bal je raakt en degene die overblijft, is de winnaar!
16.
17. Voetballen
18. Stoepranden
Dit spel speel je met twee personen. Ieder kind staat aan een kant van de weg. Het doel is om 15 punten te behalen. Je verdient een punt als je de stoeprand aan de overkant raakt. Daarnaast mag je dan ook een stap naar voren doen, waardoor je steeds makkelijker de stoeprand van de ander raakt. Degene die als eerst 15 punten heeft verdiend, wint het spel.
19. Touwtje springen
Je kunt met één persoon in het touw springen of met meerdere kinderen tegelijk. Er is ook een leuke variant waar je erin springt en er weer zo snel mogelijk uitspringt aan de andere kant van het touw. Wil je het nog iets moeilijker maken? Gebruik dan twee touwen die in tegenovergestelde richting draaien.
20. De vloer is lava
Normaliter speel je dit spel binnen en klimmen de kinderen overal op. Buiten kun je dit ook spelen, maar dan met hoepels! Elk kind krijgt twee hoepels die ze gebruiken om naar de overkant te komen. In de hoepels is het namelijk veilig. Degene die als eerst aan de overkant is, is de winnaar! Heb je geen hoepels? Teken dan cirkels met stoepkrijt.
21. Knikkeren
Een potje is altijd een succes. Vaak hebben schoolpleinen een knikkertegel. Zo niet, is een een aanrader!
22. Kastelen bouwen in de zandbak
Wie kan de grootste toren bouwen? Met een simpele creëren kinderen de mooiste zandkastelen!
23. Hinkelen
Het enige wat je nodig hebt is . Wees creatief en maak de leukste hink-stap-sprongen!
24. Keukentje spelen
Met een beetje creativiteit in de zandbak kun je al een heel eind komen. Maar met een echte voor buiten is het speelplezier nóg groter.
25. Levensgroot boter-kaas-en-eieren
Teken het rooster met stoepkrijt op het plein. Gebruik items die je kunt vinden op het schoolplein, zoals stenen, speelgoed of andere materialen.
26. Waterfles omgooien
Elke speler pakt een fles en vult hem met water. Houd de dop eraf. Zet ze vervolgens op een rijtje en probeer de flessen van je tegenstander om te gooien met een bal. Wordt jouw fles omgegooid? Pak dan eerst de bal en ren snel naar je fles om hem overeind te zetten. Degene die als laatst nog water in zijn fles heeft, wint.
27. Flessenvoetbal
Dit lijkt een beetje op het vorige spel, maar dan in voetbalvariant. Zet alle flessen in een grote cirkel en ga ervoor staan. Probeer met de voetbal de andere flessen om te schieten. Maar vergeet niet je eigen fles te verdedigen!
28. Hindernisbaan
Gebruik hoepels, bankjes en andere materialen om een hindernis baan te maken. Hoe meer obstakels, hoe leuker!
29. Lummelen
Wie kent het niet? Creëer een cirkel van kinderen en zet de lummel in het midden. De lummel moet de zien te vangen, terwijl de kinderen hem overgooien. Pakt de lummel de bal? Dan is degene die de bal het laatst heeft aangeraakt de nieuwe lummel.
Klaar om buiten te spelen?
En dat waren er alweer 29! Kende jij deze spelletjes voor op het schoolplein al? We hopen in ieder geval dat we je hebben geïnspireerd voor de volgende buitenspeeldag. Veel speelplezier!
